Paardebloem

De bloem ontbreekt eigenlijk nergens. De bloem komt in alle tuinen, parken, wegbermen, spoordijken, akkerlanden, graslanden, bouwgronden, ruigten en zelfs in lichte bossen voor...


Wat te plukken:

Zowel de bladeren als de sappige grondpen, de stengels en halfrijpe zaden kunnen worden gevoerd...


Groeiperiode:

Van maart tot en met oktober...


Bijzonderheden:

Zodra de zon opkomt gaat de bloem open en wordt de Paardebloem vanwege zijn honing druk bezocht. Bij warm weer bloeien ze heel kort en is het moment met een knipoog bereikt wanneer de zaden uit de witte bollen wegzweven. De bruine korf van het bestaat uit haren die bij de rijpe vrucht veranderen in een haarkroon. Dit korfje doet dienst als zweefinrichting zoadat het zaadje zich over grotere afstanden kan verplaatsen. De korte stekels aan de paardebloemvrucht houden het zaadje na de landing op de grond. Door de penwortel is het zelfs mogelijk dat een eventueel opgeslokt en onverteerd zaadje zich na het uitpoepen door een vogel, zich alsnog inplant en uitgroeit...